Menu toggle

De gemeentes Zonnebeke, Heuvelland en Waregem brengen in 2018 het verhaal van het Eindoffensief in Vlaanderen. Drie tijdelijke tentoonstellingen werpen het licht op de gebeurtenissen in deze streek in 1918. De tijdelijke tentoonstelling in Zonnebeke vormt het instappunt en geeft een algemene inleiding over het laatste oorlogsjaar. De grote rol van de Belgen in het Bevrijdingsoffensief komt hierbij uitvoerig aan bod. Het gehele Belgische leger maakte in de laatste maanden van de oorlog deel uit van Legergroep Vlaanderen. Een internationale troepenmacht waarover koning Albert I het bevel voerde. Daarom worden enkele unieke persoonlijke stukken van de koning geëxposeerd.

 In het bezoekerscentrum van Heuvelland ligt de focus op de gevechten om de Kemmelberg, de eerste acties van Amerikaanse troepen op Belgische bodem en het Eindoffensief in de zuidelijke Ieperboog. Waregem gaat dieper in op de bevrijding van de stad en besteedt ook ruim aandacht aan de Amerikaanse eenheden van Legergroep Vlaanderen, die oprukten tussen Waregem en de Schelde.

 De tentoonstellingen zijn gratis te bezoeken, meer info op www.finaloffensive1918.org. Hier vind je alvast een voorsmaakje: 

Franse troepen lossen de Britten af bij de Kemmelberg, 20 april 1918

In het voorjaar van 1918 gaan de Duitsers op het westelijk front massaal in de aanval. Berlijn hoopt de drie jaar durende patstelling te kunnen doorbreken voordat Amerikaanse troepen zich massaal kunnen ontplooien in Europa. Aanvankelijk weten de Duitsers met behulp van stormtroeptechnieken, gesteund door geconcentreerde artilleriebarrages, de geallieerde linies op cruciale punten te doorbreken. In april nemen ze de Kemmelberg in en naderen Ieper. Maar het Duitse leger wordt het slachtoffer van zijn eigen succes. De snelle opmars zorgt voor bevoorradingsproblemen en gaat ten koste van zware verliezen. Veel eenheden zijn gehalveerd en de elite van het Duitse leger, de stormtroepen, is nagenoeg uitgeroeid. Uiteindelijk wordt het offensief tot staan gebracht en graven beide partijen zich opnieuw in. (© collections bdic)
1/5

Belgische artillerie in actie, september 1918

Op 28 september 1918 gaan de geallieerden in de aanval in Vlaanderen. Er worden terreinwinsten geboekt van 3 tot 8 kilometer. Ter vergelijking, één jaar eerder gedurende de Derde Slag bij Ieper was een terreinwinst van 8 kilometer het resultaat van drie maanden waanzinnige gevechten. Na ruim 48 uur strijd is het Bos van Houthulst ingenomen. Ook de Midden-West-Vlaamse Heuvelrug, vanwaar de Duitsers jarenlang de streek beheersten, is grotendeels in geallieerde handen. Maar na de inname van de heuvelrug stoot de Legergroep op 30 september op een eerste obstakel. Voor Menen en Roeselare houdt een goed uitgebouwde verdedigingslijn het Bevrijdingsoffensief nagenoeg twee weken op. (© KLM-MRA, 14277)
2/5

De kerk van Zonnebeke

Zonnebeke, 28 september 1918: van de kerk schiet nagenoeg niets over. Enkel de hoop puin verraadt dat hier een gebouw heeft gestaan. (© KLM-MRA)
3/5

Britten en Belgen bij Broodseinde

Bij het Duitse Lente-offensief van 1918 moesten de Britten Broodseinde, in de volksmond ook wel Bresende genoemd,verlaten. Uiteindelijk kon de plaats tijdens het eindoffensief definitief door de Belgen worden bevrijd op 28 september. Het gehucht was volledig verwoest.(© KLM-MRA)
4/5

Het vernielde station in Waregem, 1918

Midden oktober 1918 liggen de geallieerden aan de Leie. Het Duitse leger is in het defensief gedrongen en heeft zich gepositioneerd achter de rivier. In de volgende dagen weten meer en meer Franse en Britse troepen de waterloop te overbruggen. Kortrijk wordt op 19 oktober 1918 bevrijd. Waregem lonkt. Op 21 oktober dynamiteren de Duitsers er het station en verbreken zodoende de spoorlijn Kortrijk-Gent. De Duitse overheid maant de bevolking aan om Waregem te ontruimen en richting Oudenaarde te trekken. Weinig Waregemnaren geven gehoor aan deze oproep. De Fransen en Britten voeren intussen de druk op en Waregem wordt het doelwit van hevige artilleriebeschietingen. (Stadarchief Waregem)
5/5